
Je loopt er zo naar binnen: er is geen kassa, geen entree, het kost je niets. Maar er is bijna niets zo spectaculair als juist het binnengaan van het Pantheon. Een donkere ruimte met een gigantische koepel er boven op, waar door een rond gat het licht een scherpe bundel op de nietige mensjes beneden werpt.
Geen wonder dat het Pantheon in zoveel kunst een rol speelt. Quinten, een van de hoofdpersonen van Harry Mulisch 'De ontdekking van de hemel' vindt er zijn vader, misschien wel omdat het dak van het Pantheon op de hemel lijkt. In de 3de eeuw schreef Dio Cassius: ‘Misschien heeft het die naam, omdat er beelden van veel goden staan, maar volgens mij komt het, omdat het Pantheon door zijn koepel op de hemel lijkt.’
Het Pantheon begon als tempel, en is nu een kerk. Marcus Agrippa, de schoonzoon van keizer Augustus, bouwde hem in 27 voor chr. M(ARCUS) AGRIPPA L(UCII) F(ILIUS) CO(N)S(UL) TERTIUM FECIT staat er boven de gevel: Marcus Agrippa, zoon van Lucius, voor de derde keer consul, heeft deze tempel laten bouwen.
Tegenwoordig vinden er missen plaats. Op eerste pinksterdag wel een heel bijzondere. Henk van Gessel, in Dominicus Rome: ‘De Heilige Geest daalt dan niet in vurige tongen op de gelovigen neer, maar in de vorm van een regen aan rode rozenblaadjes.'
Maak jouw eigen website met JouwWeb